Terug naar de krant

Smijten met geld doen ze nog steeds in Silicon Valley, maar wel met meer discipline dan vroeger

Leeslijst achtergrond

Durfinvesteerders Californië Het goedkope geld is opgedroogd in Silicon Valley. Durfkapitalisten kijken kritischer naar start-ups, die door krimpende waarderingen onder financiële druk staan. Enkele Nederlandse techondernemers in de regio wisten wel vers groeigeld aan te trekken. Wat is hun geheim?

Leeslijst

Met minder deals, minder dollars en minder verzilverde belangen zijn het ongure tijden voor durfkapitalisten. De sector krimpt in al zijn geledingen en dat is het duidelijkst merkbaar aan de Amerikaanse westkust, waar startende technologiebedrijven en investeerders traditioneel graag samenklonteren rond de baai van San Francisco.

Amerikaanse durfinvesteerders staken afgelopen jaar 170,6 miljard dollar aan groeigeld in start-ups. Dat was 71,6 miljard dollar (bijna 30 procent) minder dan een jaar eerder, blijkt uit cijfers van financieel databureau PitchBook. Ondertussen haalden Amerikaanse durfkapitaalfondsen bijna twee derde minder geld op bij beleggers. Die 67 miljard dollar is het laagste bedrag in zes jaar tijd, na piekjaar 2022, waarin 173 miljard dollar werd opgehaald.

Die dalende trend zet zich voort in 2024. Het ongebreidelde optimisme dat in Silicon Valley heerst rond de groei die kunstmatige intelligentie (AI) veel sectoren kan opleveren, zorgt voorlopig niet voor een bloeiende durfkapitaalmarkt. In het eerste kwartaal zijn 3.925 investeringsdeals gesloten met een totale waarde van 36,6 miljard dollar – het slechtste eerste kwartaal sinds 2018.

„Deals zijn ook anders geworden”, zegt durfinvesteerder René Bonvanie. „We kijken niet alleen naar pure groei of groeipotentie, maar hechten ook meer waarde aan kostenbeheersing en het toepassen van nieuwe technologieën zoals AI.” De Nederlander werkt al ruim een kwart eeuw in Silicon Valley, lange tijd als marketingdirecteur voor softwarebedrijf Oracle en later voor cybersecuritybedrijf Palo Alto Networks, dat hij van een kleine start-up zag uitgroeien tot een bedrijf met een beurswaarde van nu 90 miljard dollar.

durfinvesteerderRené Bonvanie Er wordt in de start-upsector nog steeds met geld gesmeten, maar ik denk dat het veel meer gedisciplineerd is

Bonvanie begeleidt tegenwoordig startende ondernemers namens investeringsmaatschappij Battery Ventures. Veelal vanuit zijn kantoor aan huis, vertelt hij roerend in zijn cappuccino in koffiebar Penelope’s in Foster City, een nabij San Francisco gelegen stad. „Er wordt in de sector nog steeds met geld gesmeten, maar ik denk dat het veel meer gedisciplineerd is. Bedrijven die financieel en operationeel voorspelbaar en berekenbaar zijn, zijn uiteindelijk meer waard dan bedrijven die alleen maar innovatief zijn.”

Die noodzaak tot discipline komt ergens vandaan. Waar het beleggingsgeld in de piekjaren 2020-2022 tegen de plinten klotste door de historisch lage en zelfs tijdelijk negatieve rente, is het economische klimaat nadien verslechterd. Een combinatie van inflatie, stijgende rente en oorlogen in Oekraïne en Gaza keerde de stemming, met als dieptepunten de massale ontslagen bij technologiebedrijven en het omvallen van Silicon Valley Bank, waar ruim de helft van de jonge Amerikaanse techbedrijven bankierde.

Lucratieve beursgang

Durfkapitaal (venture capital of kortweg VC) is onlosmakelijk verbonden met de technologiesector in Silicon Valley. Hier vindt ongeveer 20 procent van alle Amerikaanse VC-deals plaats en wordt uitzonderlijk veel durfkapitaal aangetrokken. Sinds begin 2020 stroomde ruim 261 miljard dollar naar de regio. Dat is ruim dubbel zoveel als alle Europese landen samen in diezelfde periode.

Een durfkapitalist steekt geld in startende ondernemingen die vaak bestaan uit niet meer dan een stoutmoedig idee. Zo’n investeerder neemt hiermee een hoog risico, in ruil voor aandelen. Altijd met hetzelfde doel: zo’n start-up zo snel mogelijk laten groeien en toewerken naar een exit, oftewel het punt waarop deze aandelen rendement opleveren. In veel gevallen is dat een lucratieve beursgang, andere opties zijn een overname of fusie. Een durfkapitaalbedrijf brengt in de praktijk vaak ook nuttige marktkennis en ondernemerservaring mee, waarvan start-ups kunnen profiteren.

Juist techbedrijven zijn daarbij interessant. Hun producten of diensten zijn vaak vernieuwend en snel te verkopen in veel landen. Die schaalbaarheid is aanlokkelijk voor durfinvesteerders. Door vroeg in te stappen, maken zij kans om aandeelhouder te worden van een bedrijf dat op relatief korte termijn wereldwijd actief is. Durfkapitaal heeft een cruciale rol gespeeld in de groei van succesvolle techbedrijven zoals WhatsApp, Facebook en Groupon, en eerder Google, Apple en Intel. Durfinvesteerders die vroeg geld staken in die bedrijven, hebben zo miljarden verdiend.

Lees ook AI: het nieuwe goud in San Francisco
Jason Zhu en  Bob in het ‘Startup House’ in Silicon Valley.

Daar staat wel een lage slaagkans tegenover. Binnen de sector wordt geregeld het ‘Pareto-principe’ aangehaald. Volgens die wetmatigheid (ook wel de 80/20-regel genoemd) levert grofweg 20 procent van de investeringen 80 procent van de opbrengsten op. Maar misschien is zelfs dat wel te optimistisch. Volgens topman Roelof Botha van Sequoia Capital, een van de grootste en oudste durfinvesteerders van Silicon Valley, zijn er jaarlijks slechts twintig tot dertig bedrijven die „er echt toe doen” en voor rendement op durfkapitaal zorgen, zei hij onlangs in gesprek met zakenblad Fortune. Zeker is dat een durfkapitalist niet bang moet zijn voor een reeks onvermijdelijke mislukkingen, in de hoop ooit die paar grote successen te boeken.

Daarbij is er een stuk meer concurrentie bij gekomen. Doordat geld jarenlang goedkoop beschikbaar was, steeg ook het aantal durfkapitaalfondsen in rap tempo. Van 2013 tot 2023 verdrievoudigde het aantal Amerikaanse durfinvesteerders van 1.132 naar 3.417, blijkt uit cijfers van brancheclub National Venture Capital Association. In Silicon Valley klonteren zulke VC-investeerders graag samen in dezelfde buurten, van oudsher aan Sand Hill Road (vlak bij Stanford University) en tegenwoordig ook in de wijk South Park in San Francisco.

Stijgende rentetarieven doen de sector momenteel op meerdere plekken pijn. Het opdrogen van goedkoop geld betekent dat het lenen van kapitaal duurder wordt voor start-ups die willen groeien en innoveren, en leidt ertoe dat pensioenfondsen en staatsinvesteringsfondsen eerder kiezen voor veiligere beleggingen, en dus minder geneigd zijn om geld te steken in durfkapitaalfondsen. Minder geld naar deze fondsen, betekent uiteindelijk minder geld naar start-ups. En bij hogere rentes worden ook aandelen van groeibedrijven minder aantrekkelijk, omdat veel start-ups al snel hoge kosten maken, maar hun beloofde winsten in de toekomst liggen.

Zo is een meer defensief investeringsklimaat ontstaan waarin zelfs de meest fervente durfkapitalist voorzichtiger raakt. Durfinvesteerders koesteren de veelbelovende bedrijven in hun portefeuille, en zijn terughoudend met nieuwe, risicovolle investeringen in start-ups (bets in jargon). Door de langere periode met een laag aantal investeringsdeals ligt opgeteld zo’n 300 miljard dollar aan ‘dry powder’ op de plank dat nog kan worden geïnvesteerd. De verwachting is dat veel van dat geld op den duur naar AI-start-ups vloeit. Ruim een vijfde van alle durffinanciering in de VS ging in februari al naar AI-bedrijven, waarvan wordt verwacht dat ze voor de volgende grote innovatiegolf gaan zorgen.

Waarderingen krimpen

Start-ups kampen ondertussen met nog een probleem. Hun (private) waarderingen waren door al dat goedkope geld met name in 2021 hoog. Het leidde tot een recordaantal unicorns, zoals start-ups met een waardering van minstens een miljard dollar worden genoemd. Meer dan de helft van de huidige unicorns zijn in de VS opgericht.

Maar die private waarderingen zijn kwetsbaar gebleken voor de volatiliteit van aandelenmarkten. Nadat beleggers in 2022 massaal hun technologieaandelen verkochten, krompen die sterk opgeblazen waarderingen van start-ups weer net zo snel. Durfkapitalisten schroefden hun investeringen flink terug, wat heeft geleid tot aanzienlijk meer ‘down rounds’, waarbij een waardering van een start-up bij een financieringsronde lager uitkomt dat bij een eerdere financieringsronde. In 2023 was bijna een op de vijf deals een down round. Dat is slecht nieuws voor zowel start-ups (ze halen minder geld op), de huidige investeerders (hun belang wordt minder waard), als mogelijke toekomstige investeerders (hun vertrouwen in het bedrijf neemt af).

Een te hoge waardering schrikt ook geschikt personeel af. Het aantrekken van toptalent in Silicon Valley gebeurt in de praktijk vaak door het aanbieden van bedrijfsaandelen (stock grants), naast of in plaats van een salaris. Dat bindt werknemers nauwer aan een bedrijf en motiveert hen om het bedrijf samen verder te laten groeien. Maar als zo’n techstart-up in 2021 te hoog is gewaardeerd en dreigt te zullen krimpen door een down round, is dat aandelenpakket plots een stuk minder aantrekkelijk. Het kan dan wel jaren duren voordat zulke aandelen meer waard worden, waardoor techtalent liever voor een andere start-up kiest.

ondernemerSaid Ouissal Als veel start-ups hier zichzelf niet kunnen verkopen, zullen ze moeten sluiten. Dat is onderdeel van de cyclus van Silicon Valley

Veel start-ups hebben de afgelopen jaren meer geld opgehaald dan ze nodig hadden in het stadium waarin ze verkeerden, zegt Diede van Lamoen, oprichter van gezondheidssoftwarebedrijf Commure, en eerder werkzaam bij betaalbedrijf Stripe. Hierdoor ontbreekt de prikkel voor de oprichters om geld op te halen via een beursgang of overname. „Zij hebben dat geld opgestapeld en kunnen hun personeel nog jaren doorbetalen. Voor durfkapitaalfondsen is dat desastreus: je hebt géén exit waaraan je verdient. Hun kapitaal zit als het ware vast in het bedrijf, dat niet zo hard groeit als beloofd.” Dat blijkt wel uit de cijfers. Het wereldwijde rendement van durfinvesteerders op hun belang in start-ups daalde vorig jaar naar 225 miljard dollar, wat het slechtste jaar voor durfkapitalisten sinds 2017 betekende.

Terwijl investeerders hopen op een beursgang, om hun belang te verzilveren, stellen steeds meer oprichters van technologiebedrijven dat volgens Van Lamoen liever zo lang mogelijk uit. Zij hebben voldoende kapitaal binnengehaald en besparen zichzelf graag de kosten en verplichtingen van een beursnotering. Ook willen zij niet blootgesteld raken aan beleggers die speculeren op een daling van hun aandelen. Zulke shortsellers hebben het bijvoorbeeld gemunt op Reddit, het socialemediabedrijf dat vorige maand zijn langverwachte beursgang maakte en wiens koers (na een aanvankelijke stijging) weer onder het niveau is beland waarop het aandeel sloot op de dag van de beursintroductie.

Investeerbaar zijn

Commure heeft sinds de oprichting in 2017 in twaalf investeringsronds in totaal 814 miljoen dollar aan groeigeld opgehaald. Het is een van de 33 jonge bedrijven in Silicon Valley met een Nederlandse (mede)oprichter, blijkt uit een analyse van Oliver Binkhorst van het Nederlandse start-upnetwerk DutchTechSF.

Zeven van deze start-ups slaagden er vorig jaar in om groeigeld op te halen in deze krappe financieringsmarkt. Naast Commure (70 miljoen euro) is ook start-up Zededa van techondernemer Said Ouissal dat gelukt. Hij haalde rond de jaarwisseling opgeteld 72 miljoen dollar op. Zedada ontwikkelt in San José een besturingssysteem waarmee dataverkeer van apparaten en (fabrieks)machines die aan het internet zijn verbonden, wordt gestroomlijnd en beveiligd. Het bedrijf heeft sinds de oprichting in 2016 ruim 127 miljoen dollar opgehaald en heeft nu een waardering van 400 miljoen dollar.

Ouissal: „Als je veel geld ophaalt, moet je ervan overtuigd zijn dat je naar die waardering toe kan groeien. Dat is waar veel ondernemers de mist in zijn gegaan. Zij moet nu besparen of hun waardering terugbrengen.” Aangezien de meeste start-ups geld ophalen voor twee tot drie jaar, zitten zij – na veel geld te hebben opgehaald in 2021 – nu weer op dat punt.

Volgens Ouissal behoort Zededa tot een kleine groep bedrijven in Silicon Valley die in deze tijden nog wel „investeerbaar zijn” omdat het in de vorige investeringsronde besloot om niet voor de hoogste geldinjectie te gaan, en omdat het „goede omzetgroei” kan laten zien (Zededa deelt geen cijfers, maar laat weten dat de omzet afgelopen jaar met 250 procent is gegroeid). Ouissal: „Ik verwacht dat veel andere bedrijven down rounds zullen doen of zichzelf te koop zullen zetten. Lukt dat niet, zullen ze moeten sluiten. Maar dat hoort bij risicovol ondernemen en hebben we hier eerder gezien. Het is onderdeel van de cyclus van Silicon Valley.”

Een versie van dit artikel verscheen ook in de krant van 23 april 2024.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in