Terug naar de krant

William Gerhardies meesterlijke romans zijn na honderd jaar eindelijk vertaald

Leeslijst column Michel Krielaars
Leeslijst

Ik ben een liefhebber van de romans van Evelyn Waugh, Anthony Powell en Graham Greene. Als zij zeggen dat een andere schrijver goed is, dan geloof ik dat meteen. William Gerhardie (1895-1977) is zo’n schrijver. En daarom lees ik zijn romans en autobiografie Memoirs of a Polyglot (1931). In dat laatste boek doet hij uitvoerig verslag van de Russische Revolutie en de burgeroorlog, die hij als Britse militair attaché bij de geallieerde interventiemacht in Rusland heeft meegemaakt. Gerhardie sprak vloeiend Russisch, omdat hij werd geboren in Sint-Petersburg en daar opgroeide als zoon van een rijke Britse textielfabrikant.

Ik ontdekte Gerhardie toen eind vorig jaar zijn roman The Polyglots (1925) in vertaling verscheen. In die Nederlandse uitgave staat een artikel van Gerrit Komrij, die in 1986 al van het bestaan van Gerhardie wist en hem net als Waugh een genie vond. Hij betreurt het dan ook dat die roman nooit op de plank met minor classics terecht is gekomen.

The Polyglots vertelt het verhaal van een bont gezelschap expats in het Verre Oosten in de jaren na de Eerste Wereldoorlog en de Russische Revolutie. De verteller is een Anglo-Russische offcier, verbonden aan de Britse Militaire Missie in Vladivostok. En hoewel de roman grossiert in humor, doen de militairen die erin voorkomen regelmatig cynische uitspraken over de nutteloosheid van oorlog.

In 1922 publiceerde Gerhardie de roman Futility (in een voortreffelijke vertaling van Harm Damsma en Niek Miedema verschenen onder de titel IJdelheid), die hem vooral in schrijverskringen beroemd maakte. Als je dat boek nu leest, komt Gerhardies stijl misschien wat gedateerd over, maar het is nog altijd de moeite waard. Dat komt vooral doordat het verhaal zich grotendeels afspeelt in het Rusland van de revolutie en de daaropvolgende burgeroorlog in kringen van de elite die voor de bolsjewieken op de vlucht slaat. En omdat Gerhardie als militair attaché ooggetuige van die gebeurtenissen is geweest, maken de door hem beschreven chaos en wreedheid van het contrarevolutionaire leger van admiraal Koltsjak diepe indruk, zoals ik dat ook had bij de herinneringen van Konstantin Paustovski.

De verteller in Futility, Andrej Andrejevitsj, doet sterk aan Gerhardie zelf denken. Als jongeling in Sint-Petersburg komt hij over de vloer bij de familie Boersanov, die behalve vader Nikolaj Vasiljevitsj en diens niet-wettige vrouw Fanny Ivanovna ook zijn drie dochters Sonja, Nina en Vera, en een paar excentrieke klaplopers telt.

Andrej wordt verliefd op de vijftienjarige Nina, met wie hij over de zin van het leven praat. Als ze een voorstelling van Tsjechovs Drie zusters bijwonen en Andrej daarna zelf een betere versie van dat stuk zegt te willen schrijven, krijg je sterk de indruk dat het door Tsjechov briljant verbeelde onvermogen om iets van het leven te maken ook het thema van dit boek is. Want natuurlijk is de een verliefd op de ander en die ander weer op een ander en loopt alles niet zoals je zou wensen waardoor op zijn Russisch uiteindelijk niemand van zijn plaats komt. Maar daar draait het niet om in dit vaak humoristische en soms zelfs gruwelijke boek. Aan het einde van zijn relaas zegt Andrej bijvoorbeeld dat het leven geen ontknoping hoeft te hebben, zoals in een roman: ‘Maar het leven lijkt niet op een roman, het is veel potsierlijker dan een roman.’

Een versie van dit artikel verscheen ook in de krant van 2 februari 2024.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in