Terug naar de krant

Europees familieberaad in Moldavië sterkt lotsverbondenheid

Leeslijst column Luuk van Middelaar
Leeslijst

Het zal ongetwijfeld gaan over de oorlog in Oekraïne en over het oplaaiend geweld tussen Kosovo en Servië. Over energiezekerheid, cyberweerbaarheid en andere kwesties van gedeeld belang.

Deze donderdag verzamelt heel Europa zich in Moldavië. In een wijnkasteel een stukje buiten hoofdstad Chisinau komen 47 regeringsleiders bijeen. De 27 uit de Europese Unie, maar ook de Britse premier, wellicht de vers herkozen Turkse president en de premiers van Noorwegen, Albanië en Armenië. Het hele continent, kortom, behalve Rusland en Wit-Rusland. Voor Moldavië, oud-Sovjet-republiekje ingeklemd tussen Roemenië en Oekraïne, betekent dit het grootste evenement ooit.

Toen Emmanuel Macron in mei 2022 – zo’n tien weken na de Russische inval van Oekraïne – het idee voor zo’n pan-Europees familieberaad opperde, klonk vooral kritiek. Nog een continentale organisatie, we hebben er toch al genoeg? Ook heerste argwaan dat Frankrijk het nieuwe forum vooral zag als wachtkamer om Oekraïne en andere EU-aspiranten te parkeren (wantrouwen dat Parijs nadien temperde door steun aan Kyivs EU-aanvraag te verlenen).

Tegelijk sprak veel voor de gedachte om ‘als continent’ bijeen oorlog en vrede te bespreken. De Russische invasie was de zwaarste schok voor de Europese orde sinds decennia. Zodoende meldden zich 6 oktober vorig jaar ruim veertig leiders in de presidentiële burcht in Praag, voor de aftrap van wat Macron de ‘Europese Politieke Gemeenschap’ (EPG) had gedoopt. Een slotverklaring of concreet besluit leverde het treffen niet op. Wel gingen alle leiders samen op de foto en planden ze, kennelijk tevreden, alvast drie verdere toppen.

Praktijkmensen en journalisten weten soms niet goed raad met dit intrigerende nieuwe forum. Ze zijn gewend aan de verfijnde institutionele machinerie waarmee Europa’s staten na 1945 en na 1989 hun verhoudingen stabiliseerden en moderniseerden, de Raad van Europa voor mensenrechten en democratie en de EU voorop. Daarin draait het om rapporten, communiqués en besluiten die je als ambtenaar kunt afvinken en als journalist in een nieuwsbericht kunt omzetten.

Maar op dit dramatische historische moment heeft het continent ook iets anders nodig, iets basalers: een gevoel van strategische verbondenheid, het besef van een gedeelde ruimte tussen Atlantische Oceaan, Baltische Zee en Zwarte Zee. Daar ligt de bestaansreden van de Europese Politieke Gemeenschap.

Een recente studie waaraan ik meeschreef zette drie eigenschappen op een rij die dit gevoel van gezamenlijkheid bevorderen.

Ten eerste fungeert de EPG als forum van gelijke en soevereine staten – groot of klein, rijk of arm. De EU schept juist ongelijkheid – tussen ‘erbinnen’ en ‘erbuiten’, leden en kandidaten, de blijvers en de (Britse) ex-geliefde. De Balkanlanden voelen zich in EU-gesprekken als slechte leerlingen behandeld. In het continentale familieberaad van de EPG krijgen ze meer respect. Voor Londen is het forum een buitenkans om na het Brexit-chagrijn de band met de buren een nieuwe start te geven.

Ten tweede vraagt vertrouwensopbouw om lichte en informele structuren, om persoonlijk contact tussen leiders. Zodra je een formeel communiqué over sancties wenst dat kan worden ondertekend door én de felste Oekraïneverdedigers zoals Polen én het pro-Russische Servië of de ostentatief neutrale Erdogan, eindigt het in frictie en ruzie. Samen op de familiefoto daarentegen, dat lukt wel.

Ten derde is de EPG een gemeenschap van gedeelde belangen. Natuurlijk, in de context van Poetins oorlog oogt het initiatief snel als democratische waardengemeenschap. Dan hadden echter Turkije en Azerbeidzjan (geleid door dictator Aliyev) buiten de gastenlijst moeten blijven. In de EPG gaat het over regionale conflicten, over veiligheid, energie, crises. Voor toezicht op rechtsstatelijkheid en democratische waarden is er, buiten de EU, de Raad van Europa in Straatsburg – de instelling die, opgeschrikt door institutionele nieuwkomer EPG, half mei een eigen top organiseerde, pas de vierde sinds 1949.

In een langer tijdsperspectief vallen de puzzelstukjes sneller op hun plaats. Dit is immers niet de eerste keer dat de staten van Europa bijeenkomen na een oorlog of periode van chaos. Dat deden ze ook na 1945 en 1989, na de Napoleontische oorlogen op het Congres van Wenen (1814-1815) en in 1648.

De huidige oorlog, hoe rampzalig ook, vergt niet een gelijkaardige, majeure strategische herordening van het continent. Maar wel een herschikking. In deze dynamiek herontdekt Europa tot de eigen verbazing zijn eigen, welhaast vergeten gedaante van los verband van soevereine en gelijke staten, wier bestemming het is een continent te delen.

Luuk van Middelaar is politiek filosoof en historicus.
Een versie van dit artikel verscheen ook in de krant van 31 mei 2023.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in