Terug naar de krant

Maison the Faux speelt graag met wat als ‘slechte’ smaak en kitsch wordt gezien

Leeslijst artikel

Anti-mode Maison the Faux begon als modemerk, maar richt nu vooral tentoonstellingen in, ontwerpt theaterkostuums en ontwikkelt performances. „Mode dicteert wat schoonheid is. Wij laten juist zien wat buiten die norm valt.”

Leeslijst

„Wat de fuck is dit”, roept een jongen van een jaar of vijftien die op een woensdagochtend met zijn schoolklas de tentoonstelling over fotograaf Tim Walker in de Kunsthal in Rotterdam bezoekt. Hij is net een ruimte binnengelopen waarin alles bedekt is met roze bloemetjesbehang: de wanden, de vloer, het bankje. Zelfs de tv aan de muur heeft een roze frame. De jongen pakt zijn iPhone om een video te maken van een klasgenoot die door de ruimte loopt en blijft filmen als de groep de volgende zaal binnengaat. „Wow”, zeggen twee meisjes uit de klas tegelijkertijd. De muren, vloer en het plafond zijn zwart en het is er stik- en stikdonker, op wat onheilspellend donkerblauw licht na, dat op de muur geprojecteerd wordt. In weer een andere ruimte hangen de foto’s tegen opgestapelde houten kisten waarin kunst vervoerd wordt.

„We wilden dat je elke keer als je een ruimte binnenloopt in een compleet nieuw universum belandt”, zegt Tessa de Boer (32), die samen met Joris Suk (35) Maison the Faux vormt, dat de tentoonstelling – met foto’s die eerder al te zien waren in het V&A Museum in Londen – heeft vormgegeven. „Als je een minimalistisch decor met wat gekleurde wandjes wil, moet je ons niet bellen.”

Die aanpak slaat aan. Naast Tim Walker in de Kunsthal zijn nu nog twee tentoonstellingen te zien die door Maison the Faux ontworpen zijn: DressUndress in het Modemuseum in Hasselt – waar de aangeklede paspoppen achter ‘peepholes’ staan – en de fototentoonstelling Mens op Zee in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam, waar ze golvende muren en vitrines installeerden.

Joris Suk (links) en Tessa de Boer, samen Maison the Faux
Foto Lin Woldendorp

Maison the Faux begon negen jaar geleden als modelabel. Ze presenteerden hun collecties tijdens de modeweek in Amsterdam, maar ook in New York en Los Angeles. Met tentoonstellingsontwerp houden ze zich bezig sinds 2016. Daarnaast maken ze theaterkostuums. Voor Fortune bijvoorbeeld, een voorstelling van dansgezelschap Club Guy and Roni die half oktober in première ging. Op dit moment leggen ze de laatste hand aan kostuums voor de Staatsoper Hamburg. Daarnaast organiseren ze ook nog ‘FAUXperiences’: multidisciplinaire performances in samenwerking met theater- en dansgezelschappen, kunstenaars en muzikanten. Dit voorjaar brachten ze twee maanden door in Groningen, om daar samen met theaterensemble Nite een performance genaamd Cradle, Nip, Go te ontwikkelen waarin dans, muziek, theater en mode samensmolten.

Scenografie DressUndress, Modemuseum Hasselt, 2022
Foto Boumediene Belbachir
Scenografie Tim Walker, Wonderful Things in de Kunsthal, Rotterdam, 2022
Foto Marco de Swart

In het grote, lichte atelier op een industrieterrein in Arnhem, dat is omringd door garages en houtzagerijen, hangt aan een rek een outfit die typisch Maison the Faux is: een legging, een korset en lange handschoenen, allemaal gemaakt van knalroze satijn met een vetersluiting en afgezet met een dikke rand roze veren. Op de tafel ernaast ligt een bijpassende motorhelm, versierd met dezelfde roze veren. Performer Arno Verbruggen droeg de outfit deze zomer tijdens Euro 95, een voorstelling op festival Down the Rabbit Hole.

„Maison the Faux is een plek van bevrijding, zelfexpressie en excessen. Een plek waar alles kan en alles mag”, zegt Suk. Dat heeft geleid tot een herkenbare, maximalistische esthetiek die terugkomt in alles wat ze doen. Het duo speelt graag met wat als ‘slechte’ smaak gezien wordt – logo’s, glitters, boa’s, heel veel roze – en is dol op kitsch. Al hun ontwerpen zijn genderloos.

Tessa de Boer Als je een minimalistisch decor met wat gekleurde wandjes wil, moet je ons niet bellen

De Boer en Suk leerden elkaar kennen tijdens de introductieweek van de modeopleiding van kunstacademie ArtEZ in Arnhem. Suk: „Ik weet nog precies wat Tessa droeg. Torenhoge stripperlaarzen en een rode, fluffy jarentachtigtrui. Zelf zeg ik eruit als een monnik met een bloempotkapsel. Er was meteen een klik.”

Na hun afstuderen in 2013 had geen van beiden zin om onderaan de ladder te beginnen bij een bestaand modemerk. „We waren nog niet klaar met experimenteren”, zegt De Boer. En dus begonnen ze Maison the Faux, aanvankelijk met een groep medestudenten. „Joris en ik schreven samen de tien geboden van Maison the Faux. Die kloppen eigenlijk nog steeds: we wilden verspilling tegengaan, multidisciplinair werken en niet kiezen tussen mannenmode en vrouwenmode.” Na een jaar werd duidelijk dat Suk en De Boer in de groep de grootste ambities hadden. De Boer: „We wilden dóór! We wilden groter! We wilden internationaal!” Suk: „We hadden de kolder in de kop!” Ze besloten als duo verder te gaan.

Performance Cradle, Nip, Go, in samenwerking met Nite, 2022
Foto Atelier Pamfilie

De eerste jaren ontwierpen ze elk half jaar een collectie die ze na hun show in een Parijse showroom lieten zien, in de hoop ingekocht te worden door winkels. „In de showrooms hing een akelig soort wanhoop in de lucht”, zegt De Boer. „Jonge ontwerpers stonden er naast hun rekje kleren met een blik in hun ogen van: Love me! Love me! Zelf voelden we die wanhoop ook. Kwam er verdomme weer een hele dag niemand naar ons rekje kijken. Zo ontmoedigend.”

Suk: „De modewereld deed me toen vaak denken aan Rupsje Nooitgenoeg, een zwart gat waarin we al onze tijd, energie en geld bleven sodemieteren. Wéér een collectie produceren. Wéér leuren met onszelf. Als klein label zonder investeerders moesten we continu zelf investeren. Dat was heel risicovol.” Na een tijdje hadden ze een handvol verkooppunten, de meeste in de VS. De Boer: „Maar de ene na de andere ging over de kop. Als ze opeens de telefoon niet meer opnamen, wist je hoe laat het was. Dan kon je fluiten naar je geld en je spullen kreeg je ook niet terug. Het was zo stressvol, zo unfulfilling. Er bleef ook bijna geen tijd over om te doen wat we het leukst vonden: creëren. Toen hebben we het roer omgegooid.”

Tessa de Boer Geen collecties meer maken is zakelijk de beste beslissing geweest

In 2019 stopten ze met het produceren van collecties en haalden ze hun webshop offline. Kleding maken ze sindsdien alleen nog op bestelling. YouTuber Nikkie de Jager presenteerde vorig jaar het Songfestival in twee Maison the Faux-jurken. Tijdens de finale droeg ze een met kristallen – in de kleur van de transvlag – bezaaid ontwerp. De Boer: „Geen collecties meer maken is zakelijk de beste beslissing geweest die we hadden kunnen nemen.” Sindsdien kunnen ze goed van hun werk leven.

Klimt en Schiele

Wat toen nog het Gemeentemuseum Den Haag heette was in 2016 het eerste museum dat De Boer en Suk vroeg een tentoonstelling te ontwerpen, Klimt Schiele, met werk van Gustav Klimt en Egon Schiele. Suk: „Het voelde meteen als een logische stap.” Vanaf hun allereerste modeshow stond Maison the Faux bekend om de opvallende decors, die ze altijd zelf ontwierpen. Voor die eerste show, tijdens Amsterdam Fashion Week in 2014, hadden ze bijvoorbeeld een decor vol bloemen voor ogen. „Maar daar hadden we helemaal geen geld voor”, zegt De Boer. „Toen hebben we net zo lang gegoogled tot we uitkwamen bij een mevrouw die een keer op TV Gelderland was geweest met haar verzameling nepbloemstukken. Ze bleek een kettingrookster, alle bloemen stonken onwijs naar peuken, maar we mochten ze gratis lenen.” In 2017 plaatsten ze twaalf professionele zonnebanken op de catwalk, die steeds in een andere kleur oplichtten. Suk: „Musea werken graag met ons omdat wij snappen dat een decor onderdeel moet zijn van de inhoud en die ook kan versterken.” De Boer: „De vormgeving van een tentoonstelling kan heel erg over the top zijn, zolang hij maar een dialoog aangaat met de inhoud, in plaats van die te overschreeuwen.”

Performance Euro 95, in samenwerking met Orkater, 2022
Foto Woody Bos
Kostuum voor Bitch, I’m a Goddess van Staatstheater Hannover, 2022
Foto Chris Philippo

„Ik was op zoek naar vormgevers die echt sprankelen en spetteren, die durven te experimenteren”, zegt Ninke Bloemberg, modeconservator van het Centraal Museum Utrecht. Zij vroeg Maison the Faux in 2017 Uit de Mode in te richten, een tentoonstelling met hoogtepunten uit de eigen collectie. „Bovendien zijn Tessa en Joris modemensen in hart en nieren, met wie ik goed kon sparren over de inhoud.”

Het resultaat werd precies zo „prikkelend” als ze hoopte. Zo legden De Boer en Suk kledingstukken die te kwetsbaar waren om op een pop tentoongesteld te worden, in doodskisten. Overleden japonnen, noemden ze die.

Dit jaar won Maison the Faux het modestipendium van het Prins Bernhard Cultuurfonds (50.000 euro; eerdere winnaars waren Iris van Herpen en Bas Kosters), vorig jaar kregen ze de Gieskes-Strijbis-podiumprijs (60.000 euro), die jaarlijks wordt uitgereikt aan twee makers die bijdragen aan de kwaliteit en de diversiteit van de podiumkunsten in Nederland. Suk: „Doordat we zoveel verschillende dingen doen, snappen mensen soms niet wat Maison the Faux nou precies is. Dat we twee bakbeesten van prijzen in twee heel verschillende disciplines gewonnen hebben, voelt als een bevestiging dat we deze koers moeten doorzetten.”

Chubby Chaser

Ook de performances en theaterproducties van Maison the Faux zijn een logisch vervolg op hun modeshows. In 2016 gaven ze een show in New York, genaamd Chubby Chaser, waarvoor ze plus-size model Jezra Matthews als een godin midden in de ruimte plaatsten, terwijl alle andere modellen om haar heen cirkelden. De muren waren bedekt met doeken waarop close-ups van dikke naakte lichamen te zien waren en uit de luidsprekers klonken teksten als „Welcome your glorious fat”. In datzelfde jaar staken ze tijdens Amsterdam Fashion Week de draak met het fenomeen ‘modeshow’. Modellen stonden als doorbitches bij dranghekken en snauwden de bezoekers af, terwijl andere modellen onophoudelijk selfies maakten. Even verderop lag een paspop in een bak water: een verwijzing naar Narcissus, die zo verliefd werd op zijn eigen spiegelbeeld in het wateroppervlak dat hij verdronk.

De Boer: „Mode heeft een hoog hoor-ik-er-wel-bij-gehalte en sluit veel mensen buiten. Je moet er op een bepaalde manier uitzien om erbij te horen. Mode dicteert wat schoonheid is, wat je zou moeten ambiëren. Wij laten juist graag zien wat buíten de norm valt.” Het zorgt ervoor dat veel mensen – ook als het niet over mode gaat – hun werk heftig vinden. Suk: „Dat woord krijgen we vaak te horen. Waar héb je het over, denken wij dan.” De Boer: „Mensen denken vaak dat we willen provoceren, maar dat is helemaal niet zo. We willen alleen maar laten zien: kijk, zo kan het ook.”

Modeshow The Premiere, Los Angeles Fashion Week, 2018
Foto Jordan Millington
Modeshow Smile now, cry later, Los Angeles Fashion Week, 2018
Foto Jordan Millington
Modeshows The Premiere en Smile now, cry later, Los Angeles Fashion Week, 2018.
Foto’s Jordan Millington
Een versie van dit artikel verscheen ook in de krant van 5 november 2022.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in