Terug naar de krant

Rotterdam, stad zonder hart die lijdt aan een verkeersinfarct

Leeslijst rubriek

Praat over de straat Plannen voor gemotoriseerde samenleving kregen al in de oorlog vorm. Nu gaat er 20 miljoen euro naar een ‘autoluwer’ Rotterdam.

Leeslijst

Wanneer je even niet hebt opgelet

Dan staat in Rotterdam al weer een flat

Waar eerst nog iets van voor de oorlog stond

Het lied Stadsvernieuwing van Kees Torn zingt rond in mijn hoofd nu de stad een nieuw college heeft, van Leefbaar Rotterdam, VVD, Denk en D66. Partijen die stuk voor stuk willen opkomen voor ondernemers: is dat hun grootste gemene deler? Het is maar een label: ondernemen kan op veel manieren en als je niet voor ondernemen bent, ben je er dan tegen? Ik ben zelf overigens ook ondernemer.

Je hebt er weinig aan een plattegrond

Al is die uitgegeven in dit jaar

Geen wijk zit nog hetzelfde in elkaar

Het was een ‘clubje ondernemers’, dat in 1946 radicale voorstellen aangenomen kreeg in het gemeentelijke wederopbouwplan, ‘waarbij het nieuwe Rotterdam volledig werd losgekoppeld van de bestaande, historische stadsplattegrond’, zo schrijven historici C.J.M. Schuyt, Ed Taverne in hun boek 1950: Welvaart in zwart-wit.

Dat invloedrijke clubje bleek „een heel andere kijk op een moderne city te hebben dan de geografen, architecten en stedebouwers die gelijktijdig aan de stad van de toekomst werkten”. Al in 1940, meteen na het bombardement, sorteerden deze ondernemers voor op het ontvangen van grote ontwikkelingsfondsen vanuit de VS (de latere Marshallhulp), om hun plannen voor Rotterdam als economische motor te kunnen uitvoeren.

Men renoveert en graaft en sloopt en bouwt

En vindt wat er een jaartje staat al oud

(De rest van het lied van Kees Torn kunt u horen op het album Dood en Verderf. En laten we het daarna hebben over een eerbetoon aan de cabaretier in deze stad waar hij zelf woonde. Misschien een standbeeldje dat steeds op een andere plek opduikt en nooit op een plattegrond te vinden is).

Rotterdam kreeg na de oorlog geen vervangend hart, zoals bijvoorbeeld Middelburg, waar de oude stadsplattegrond geldig bleef. Rotterdam werd een stad zonder hart met een ruit:

„Een rond de stad geprojecteerd, nieuw tangent van snelwegen dat Rotterdam aan het nationale en internationale netwerk moest koppelen. (...) Voor de verkeerskundigen van Rijkswaterstaat was het de basis voor de creatie van een nieuw fenomeen: een stad zonder herkenbare vorm, zonder metaforische inhoud en zonder moralistische betekenis: Stad Nederland. Een stad die zij niet zozeer wensten, maar die ze eenvoudig zagen ontstaan uit de volledig gemotoriseerde samenleving.”

Anno 2022 vinden de collegepartijen elkaar „in hun frustratie over het verkeersinfarct in de stad, ontstaan dankzij GroenLinksige baanafsluitingen en parkeerplekofferandes”, zo schreef Rosanne Hertzberger deze maand in NRC.

Lees ook Lees ook dit artikel
Chantal Zeegers (D66) en Faouzi Achbar (Denk) bij de presentatie van het akkoord in gesprek met de pers.

Een stad zonder hart die lijdt aan een verkeersinfarct: komt dat door partijen die proberen de tandwielen langzamer te laten draaien? De ‘pro-autopartijen’, zoals Rijnmond VVD, Leefbaar en Denk kenmerkte, steken volgens het college-akkoord 20 miljoen euro in een ‘autoluwer’ Rotterdam. Minder auto’s in de stad is kennelijk een breed gedragen idee.

De grote vraag: waar steken we die miljoenen in? Gaan we de machine draaiende houden, waarin mensen ‘hr’ zijn, human resources, menselijke middelen die we beter moeten managen om opstoppingen te voorkomen: ‘Kilometers file vanwege twee zieken: tunnel bij Rotterdam weer open na oplossen personeelsgebrek’ (de Volkskrant)? En net wanneer u een dagje vrij hebt, zorgt er weer iemand voor stremmingen in de machine: ‘Lange pinksterfiles, vrouw (23) overleden door zwaar ongeluk A15’ (AD). Blijven we de machine dienen? Waarin de minister van Volksgezondheid na twee jaar Covid zegt dat ziekenhuizen ‘een tandje bij moeten zetten’, alsof het versnellingsbakken zijn?

Nederland als een efficiënte, steeds beter renderende machine: het is het beeld van ons land uit de modernistische hoogtij: al bijna een eeuw oud. En het is een keuze om in die beeldspraak te denken, al is die zo alomtegenwoordig dat je dit voortdurend vergeet. Maar het is een keuze: in welke taal en bewoordingen we nadenken over onszelf, andere mensen, onze stad, Rotterdam.

Thalia Verkade schreef op deze plek over het verkeer en de straten in Rotterdam, hoe we daarover praten en hoe die manier van praten van invloed is op hoe we erover denken. Dit was de laatste aflevering.
Een versie van dit artikel verscheen ook in de krant van 25 juni 2022.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in